Op 1 juli 2023 is de Wet toekomst pensioenen (Wtp) ingegaan. U heeft het pensioen van uw personeel ondergebracht bij een verzekeraar of een Premiepensioeninstelling (PPI). Hierna leest u wat de invoering van de Wtp betekent voor u en uw werknemers.
Hoe zit het nu?
Van oudsher werd pensioen vaak toegezegd als een middelloonregeling bij een pensioenverzekeraar. Omdat de verzekering van een pensioenuitkering in euro’s met de lage rentestand steeds duurder werd, zijn veel werkgevers overgestapt naar een beschikbare premieregeling waarvan de premies worden belegd voor een persoonlijk pensioenkapitaal op pensioendatum. De daarmee opgebouwde pensioenuitkering staat niet meer vast, maar is afhankelijk van de beleggingsopbrengsten. De premies zijn budgetteerbaar. In deze markt zijn sinds 2011 ook PPI’s actief.
Wat wijzigt er?
Pensioenopbouw via een middelloonregeling of met een stijgende premiestaffel hebben gemeen dat er een stijgende actuariële premie betaald wordt, naargelang de leeftijd stijgt. Deze regelingen met een progressieve premie zijn onder de nieuwe wet niet meer mogelijk. Op 1 januari 2028 moeten pensioenregelingen een leeftijdsonafhankelijke premie hebben van maximaal 30%. Er zijn drie situaties:
- Van de op 1 juli 2023 nog bestaande middelloonregelingen kan de pensioenopbouw in stand blijven tot 1 januari 2028 of tot eerdere overstap naar een premieregeling nieuwe stijl. U kunt kiezen voor overgangsrecht. Bestaande deelnemers behouden dan hun oude regeling tot het moment van overgang. Daarnaast moet ook de nieuwe Wtp-regeling worden geadministreerd voor toekomstige deelnemers. U mag ook besluiten om de waarde van de in de oude regeling opgebouwde pensioenen over te dragen aan de nieuwe regeling, het zogenoemde ‘invaren’. Het voordeel daarvan is dat alle werknemers in dezelfde pensioenregeling zitten na het invaren.
- Als er op 1 juli 2023 een beschikbare premieregeling is met een oplopende staffel, moet deze uiterlijk op 1 januari 2028 vervangen zijn door een vlakke premie voor alle leeftijden. U mag er ook in dit geval voor kiezen om de bestaande deelnemers tot het moment van overgang te laten deelnemen in de oude premiestaffel. Alleen voor nieuwe deelnemers geldt daarna dan de gelijkblijvende premie. De andere keuze is om die oude premiestaffel af te schaffen en de opgebouwde waarde over te dragen aan de gelijkblijvende premieregeling, waar dan iedereen verplicht aan meedoet, uiterlijk op 1 januari 2028.
- Als er op 1 juli 2023 al een premieregeling is met een vlakke premie, dan mag u deze in beginsel handhaven. In dat geval zijn de gevolgen het geringst, maar de regeling moet dan nog wel worden aangepast op andere onderdelen die de Wtp verplicht stelt. Zo wijzigt het nabestaandenpensioen en gaat de toetredingsleeftijd voor opname in de pensioenregeling naar 18 jaar.
Wat is de planning?
Bij de meeste pensioenverzekeraars loopt een 5-jarig contract, maar bij PPI’s meestal niet. Het meest logische moment om over te gaan op het nieuwe stelsel is wanneer dat contract eindigt (maar uiterlijk op 1 januari 2028). In de maanden daarvoor moet u beslissen of u overgangsrecht aanbiedt, of niet. Ook zullen dan de deelnemers moeten worden geïnformeerd over de gevolgen van de overgang voor hen persoonlijk. Tevens moet er nagedacht worden over compensatie als bestaande deelnemers in pensioenvooruitzicht erop achteruitgaan. Veel verzekeraars zijn nu al klaar om nieuwe Wtp-voorstellen te maken en hebben hulpmiddelen om de overgang zo goed mogelijk te begeleiden.
Meer informatie
Heeft u meer informatie nodig over de gevolgen van de invoering van de Wtp voor uw verzekerde pensioenregeling of wilt u ondersteuning? Neem dan contact met ons op. We helpen u graag verder.